Verkenning huursombenadering
Varianten van de huursombenadering doorgerekend
Voorbereidend hierop publiceren wij een verkenning waarin twee varianten zijn doorgerekend:
- een variant met staffel in prijs-kwaliteit;
- een variant met staffel in prijs-kwaliteit en een inkomensafhankelijke component.
Het onderzoeksrapport brengt de consequenties van de mogelijke uitwerkingen in beeld en maakt inzichtelijk wat de financiële consequenties van de varianten zijn voor Rijk (gevolgen voor de huurtoeslag), huurders (hoogte van de huren per inkomensgroep) en verhuurders (inkomsten en werkproces).
Uitkomsten modelmatige berekeningen
- Afhankelijk van de uitwerking groeien de uitgaven aan huurtoeslag in vijf jaar tijd tussen de 8 en 12 procent.
- Bij voortzetting van het huidige huurbeleid stijgt het percentage minima-huishoudens onder de betaalbaarheidsnorm van 50 tot 54 procent. De huursomvariant zonder inkomensafhankelijke component leidt ertoe dat 55 procent van deze huishoudens onder deze norm valt.
- De inkomensafhankelijke component leidt tot minder inkomsten bij corporaties die veel lagere inkomens huisvesten, zoals sommige in het Noorden. Voor de meeste corporaties echter, vooral die in de grote steden, pakt dit gunstig uit.
Uitgangspunten voor de doorrekeningen waren:
- samenwerking Platform31 en achttien woningcorporaties (345.000 woningen);
- doorrekenen in verschillende woningmarkten met divers bezit;
- consequenties in beeld brengen voor verschillende inkomensgroepen: minima, lagere, midden- en hogere inkomens.
18 corporaties met samen 345.000 woningen
De meewerkende corporaties zijn: Brabant Wonen, Centrada, DeltaWonen, Eigen Haard, Mitros, Nijestee, Openbaar Belang, Portaal, Vidomes, Waterweg Wonen, Welbions, Wonen Limburg, Woningstichting SWZ, Woonbron, WoonFriesland, Woongoed Zeeuws-Vlaanderen, Woonpartners Midden-Holland en Woonstad Rotterdam.
Het project Huursombenadering maakt deel uit van het Platform31 corporatie-partnerschap.

"(vereist)" geeft vereiste velden aan