Optoppen voor veerkrachtiger buurten
Ook op andere terreinen zoekt Parteon naar koppelkansen. Zo onderzoek de corporatie of ze bepaalde complexen kunnen ‘optoppen’.
Op die manier behouden ze de open, groene ruimte in de buurt én voegen ze nieuwe woningtypen toe bovenop de bestaande bebouwing. En door met name kleine appartementen te realiseren in een buurt met veel grote gezinswoningen, verwachten ze de doorstroming op gang te brengen. “Dat draagt ook weer bij aan de leefbaarheid. Want een divers aanbod van woningtypen helpt om buurten veerkrachtiger te maken”, legt De Jong uit.
Creatieve en gekoppelde oplossingen zijn niet altijd het goedkoopst. De Jong: “Oplossingen zoals optoppen zijn vrij duur, het is namelijk voordeliger om grote aantallen in één project te realiseren.” Maar toch pakt Parteon deze kans: je hoeft bijvoorbeeld geen nieuwe infrastructuur aan te leggen en het vraagt minder – schaarse – fysieke ruimte in de stad.
Investeren in de lange termijn
“We moeten als corporatie tussen de oren hebben dat we investeringen doen die over 50 jaar nog doorwerken”, stelt De Jong. Hij legt uit dat Parteon daarom steeds meer kijkt naar de total cost of ownership, de TCO. “We geloven dat onze investeringen in een prettige leefomgeving zich terugbetalen. Omdat bewoners in een prettige leefomgeving fijner wonen en zuiniger zijn op hun woning en hun omgeving.”
Dat werken met die totale kosten illustreert Möhring aan de hand van de keuze voor een groen dak. “Als je alleen naar de investeringskosten kijkt, dan is het prijzig. Maar als je je realiseert dat zo’n dak wel 40 in plaats van 25 jaar meegaat, dan is het een slimme investering.” Toch zit er ook voor corporaties een grens aan hoeveel ze jaarlijks kunnen investeren. De Jong: “Dus moeten we slimme oplossingen bedenken, en opgaven slim koppelen. De ruimte kun je maar één keer inrichten en elke euro kun je maar één keer uitgeven.”
Vertel het complete verhaal
Parteon betrekt bewoners actief bij de oplossingen. “Het is belangrijk dat besluiten breed gedragen worden en dat je de inbreng van bewoners goed in de plannen verwerkt”, vindt Möhring. “Het blijkt best lastig om bewoners daar goed in mee te krijgen. Sommige bewoners zijn afwachtend en zitten niet op veranderingen te wachten, denken ‘waar komt Parteon nou weer mee?’, terwijl de veranderingen vaak echt noodzakelijk zijn. Daarom moet je voorkomen dat professionals op verschillende momenten vanuit verschillende disciplines verschillende verhalen vertellen.” De Jong: “Zorg dat je een heldere en complete boodschap hebt aan bewoners.”
Ook al streeft Parteon ernaar de bewoners zo veel mogelijk duidelijkheid te geven, dat is niet altijd makkelijk. Möhring noemt de energietransitie als voorbeeld. “Het is op voorhand nooit met zekerheid vast te stellen wat het voor bewoners betekent als je woningen isoleert of op het warmtenet aansluit. De werkelijke kosten weet je vaak pas achteraf.” Ook constateert Möhring dat afdelingen binnen corporaties en gemeenten soms tegenstrijdig beleid hanteren. “Dat zie je bijvoorbeeld bij de ambities op klimaatadaptatie. Soms juichen de ambtenaren van klimaat een ingreep toe, terwijl de beheerorganisatie aangeeft dat die niet past in het beleid.” Daarmee illustreert hij het belang van integraal werken en van een eenduidig verhaal naar huurders.
Corporaties, sla de handen ineen
Woningcorporaties kunnen in hun eentje niet alle uitdagingen van de 21e eeuw oplossen. De Jong: “Maar wij voelen ons bij Parteon echt mede verantwoordelijk voor het slagen van, bijvoorbeeld, de energietransitie. Daarom willen we onze woningen in 2040 écht energieneutraal hebben en werken we aan creatieve oplossingen.” Hij roept andere corporaties op ook hun rol te pakken en kennis en ervaring met elkaar te delen.“Als elke corporatie zich richt op een oplossing voor een specifiek type woning of uitdaging, en die kennis vervolgens met anderen deelt, dan kunnen we als sector oplossingen vinden en uitrollen voor de gehele woningvoorraad.”
