Praktijkvoorbeeld Gezondheid en zorg

Woningcorporatie Domijn draagt bij aan gezond wonen én leven

21 juli 2022 | Leestijd: 4 minuten
Wijken met corporatiewoningen huisvesten relatief veel mensen met een lager inkomen. Gezond wonen en leven is voor veel bewoners van deze wijken geen vanzelfsprekendheid. Om gezondheidsachterstanden terug te dringen is een lokale samenhangende aanpak nodig, met een actieve rol van de gemeente. Maar ook inwoners en partners zoals woningcorporaties kunnen hieraan bijdragen. Relatiebeheerders Renate Finkers en John Lammers van woningcorporatie Domijn uit Enschede vertellen meer over hoe zij bijdragen aan gezond wonen en leven. “Wij staan met de neus vooraan en zien veel. Onze professionals komen bij iedereen achter de voordeur.”

Woningcorporatie Domijn ziet zichzelf als katalysator als het om de gezondheid van bewoners gaat. Niet alleen, maar samen met partners en inwoners, willen zij van betekenis in de wijk. “We zien dat steeds meer huurders financieel kwetsbaar zijn, of eenzaam”, vertelt Lammers. “Dan kun je als corporatie wel zeggen ‘daar zijn wij niet van’, maar het speelt wel. Veel mensen zien op een gemiddelde dag alleen een pakketbezorger of een van onze medewerkers. Dan gaat het niet alleen om ouderen, ook veel jongeren zijn eenzaam. Dat is triest, maar helaas wel de praktijk.” Voor een aantal huurders is de maatschappij steeds moeilijker geworden. De leefbaarheid gaat in sommige wijken achteruit, bewoners zijn teleurgesteld, sommigen hebben weinig vertrouwen in, of zelfs aversie tegen, instanties. “Wij zoeken met partners naar passende antwoorden en oplossingen”, legt Finkers uit. “Wat kunnen we doen aan eenzaamheid, hoe geef je mensen een actieve rol in de buurt? We bespreken welke signalen onze professionals kunnen herkennen en doorgeven.”

Stimuleren sociale verbinding en voorkomen van grotere problemen

Domijn wil dus weten wat er leeft in de wijk en samen met partners zoeken naar passende oplossingen. “Dat is best een mooie rol, maar niet altijd even gemakkelijk”, benadrukt Lammers. “Wij investeren in medewerkers om die verbinding te kunnen leggen. Je moet wel snappen wat er speelt. Soms zijn er maar kleine dingen voor nodig zodat mensen elkaar kunnen ontmoeten. Koffie, schoonmaakmiddelen voor bewoners die willen schoonmaken. Wij stimuleren en faciliteren dit soort bewonersinitiatieven. Als we bewoners willen laten merken hoe wij hun inzet waarderen, zorgen wij bijvoorbeeld voor lunchbonnen voor het restaurant in het zorgcentrum. We zien dat vanuit ontmoeting leuke groepen ontstaan.”

“In sommige wijken zien we volwassenen in de overlevingsstand staan”, vertelt Finkers. “Hun kinderen worden in die sfeer grootgebracht. Hoe kun je die kinderen kansen bieden? En hoe kun je die gezinnen de juiste zorg aanbieden, als het gaat om financiën, opvoeding, lichamelijke beweging en onderwijs? Als je daar met elkaar voor kiest, dan kun je heel veel problemen voorkomen. Door dingen anders te organiseren, samen te werken en budgetten bij elkaar te brengen. Wat mij betreft gaan we heel veel ontschotten en actief samenwerken. Onze partners zijn ook enthousiast.”

Problemen samen aanpakken met WoonStAP

WoonStAP is een samenwerking tussen de drie Enschedese woningcorporaties en SJHT (jongerenhuisvesting), de gemeente Enschede en de maatschappelijke opvang. “We verhuren niet zomaar een woning aan iemand die te maken heeft met schulden, overlast of hennep”, legt Lammers uit. “Waar dit soort problemen in het verleden het onmogelijk maakten te huren, zoeken we nu naar de oorzaken van de huisvestigingsproblematiek. WoonStAP zoekt met de woningzoekende, de zorgaanbieder en de woonconsulent naar de oorzaken, maar vooral naar de aanpak ervan. We maken afspraken met de bewoner: hoeveel ga je aflossen, welke hulp is nodig, en welke voorwaarden zijn er om te mogen huren?”

Werken aan zelfredzaamheid samen met andere bewoners

Lammers en Finkers zien dat de zelfredzaamheid in een aantal buurten achteruit keldert. Steeds minder mensen zijn in staat mantelzorg te verlenen. In combinatie met langer zelfstandig thuis wonen en een toenemend aantal mensen met dementie, is dat een zorgelijke ontwikkeling. “Daar moet je met elkaar op een andere manier naar kijken: hoe kunnen we het wél organiseren? Samen krijg je meer voor elkaar”, benadrukt Lammers. “We gaan uit van wat mensen zelf kunnen. We willen niet bemoederend overkomen naar onze huurders. Maar er is een groep, die zichzelf niet kan redden.” Finkers: “Die mensen kunnen vaak de hulpvraag niet verwoorden en komen dus niet met een heldere vraag bij het wijkteam. Als iemand heel veel overlast veroorzaakt, dan moet je dat interpreteren als een hulpvraag. Dat vraagt om verdieping en samenwerking. Want wij zijn er ook voor die mensen.”

Bij sommige bewoners komt Domijn wekelijks. Ook andere bewoners spelen een rol in de ondersteuning, want je kunt als professional niet alles alleen oplossen. “Daar experimenteren we mee in de wijken De Posten en Twekkelerveld. Zittende bewoners maken nieuwe bewoners wegwijs en treden op als een soort maatje. Dat helpt bij het landen in de wijk. Vroeger regelde dat zich vanzelf, nu niet meer. Dan kun je accepteren dat een wijk achteruit gaat, maar niemand heeft daar belang bij”, aldus Lammers. “Mensen met problemen worden overvraagd en gaan zich daar naar gedragen”, legt Finkers uit. “Dat kun je als ‘vervelend gedrag’ benaderen. Maar wij stellen de vraag: welke hulp is nodig? Als professionals moeten we leren vooroordelen los te laten en samen te werken. Uiteindelijk willen we allemaal hetzelfde.”

Lokaal experimenteren en leren

Vanuit de organisatie krijgen de professionals ook de ruimte om op deze manier te werken. “Het zorgstelstel schreeuwt om een andere aanpak”, benadrukt Finkers. “Lokaal durven te experimenteren, leren en door te ontwikkelen. Niet vanuit het budget, maar veel meer vanuit hoe je het lokaal kan organiseren. Daarin hebben we een hele goede samenwerking met de gemeente. Onze partners zien dat wij actief meewerken en meedenken om de problemen op te lossen. We doen het, behalve voor de bewoners, ook voor onszelf. Als we het niet goed organiseren, loopt onze afdeling wijkbeheer niets anders te doen dan brandjes blussen, terwijl onze wijken achteruit gaan. En dat willen we niet.” Lammers: “Gelukkig heeft de gemeente Enschede een prettig bestuurlijk klimaat om te durven experimenteren. Daar wordt ruimte voor gegeven door de bestuurders. Dat gaat met vallen en opstaan, het is geen jubelverhaal, maar er gebeuren wel mooie dingen.”

Het stimuleringsprogramma GezondIn, uitgevoerd door Pharos en Platform31, helpt Nederlandse gemeenten sinds 2014 met de lokale aanpak van gezondheidsverschillen.

Naar GezondIn.nu

Contact

Susan van Klaveren 06 57 94 36 78 LinkedIn

Ontvang nieuws van Platform31

Nieuws, publicaties en bijeenkomsten van Platform31 automatisch in jouw mailbox? Meld je dan aan voor onze tweewekelijkse nieuwsbrief over actuele ontwikkelingen in stad en regio.

Bekijk al onze nieuwsbrieven en updates

"*" geeft vereiste velden aan