Thuiszorgtechnologie komt niet uit startblokken

Interview met Ellen Maat van zorginstelling Cordaan

“We krijgen steeds vaker te maken met crisisopnames. Ouderen bij wie het thuis uit de hand is gelopen, vaak in de war, vermagerd, soms gevallen. Met thuiszorgtechnologie proberen we dat te voorkomen. Door op afstand een oogje in het zeil te houden”, vertelt Ellen Maat, directeur Strategie, Kwaliteit & Innovatie en CIO van zorginstelling Cordaan.

Cordaan is één van de grootste zorginstellingen in Nederland voor ouderen en cliënten met verstandelijke en psychische beperkingen. Met ruim 6.000 medewerkers in 120 verblijfslocaties en thuiszorg biedt de organisatie jaarlijks zorg aan zo’n 20.000 mensen in Amsterdam, Diemen, Huizen en Nieuw-Vennep. In Amsterdam verdubbelt het aantal 80-plussers. Het merendeel van deze 80-plussers heeft een niet-Nederlandse achtergrond. “A majority of minorities”, zegt Ellen Maat. “Een diverse groep ouderen die nu weinig gebruik maakt van langdurige zorg. Tot nu toe gaat deze groep ouderen vooral naar de huisarts, krijgt een beetje thuiszorg. Onze verwachting is dat dit sterk gaat veranderen, waardoor we te maken krijgen met een toenemende zorgvraag. Dé verdubbellaar in kosten wordt veroorzaakt door dementie. Daarbij is het grote vraagstuk voor de toekomst of we voldoende personeel kunnen krijgen. We hebben in 2018 als zorgorganisatie structureel 130 openstaande vacatures. Er is bijvoorbeeld in Amsterdam een schreeuwend tekort aan verpleegkundigen. Dat maakt dat we de zorg anders moeten organiseren.”

Virtueel verzorgingshuis

“Door de Hervorming Langdurige Zorg hebben mensen met lage zorgzwaarte geen toegang meer tot het verzorgingshuis. De vraag bestaat nog wel. De essentie van het verzorgingshuis is dat je een beschutte woonomgeving biedt met de veiligheid van aanwezig personeel dat een oogje in het zeil houdt. In een pilot voor 20 mensen met beginnende dementie bieden we een virtueel verzorgingshuis. In je huis meten sensoren op onder meer voordeur, stoel, koelkast, wc, je normale leefpatroon. Bij dit systeem kan je ook gebruik maken van een camera. Daar hebben we vanwege de privacy niet voor gekozen.”

Bij afwijkingen van dit leefpatroon geeft de ontvanger een signaal af aan de verpleegkundige of aan de familie. Die kunnen dan bepalen of het nodig is om langs te gaan of contact op te nemen. Ellen Maat: “Bij beginnende dementie kan iemand vaak niet vertellen dat er iets aan de hand is. Een blaasontsteking bijvoorbeeld kan je afleiden aan toenemend toiletbezoek, door het openen van de koelkastdeur kan je zien dat iemand eet. Een van de deelnemers is een dementerende 87-jarige man van wie de kinderen ver weg wonen. Deze vorm van toezicht geeft de kinderen rust en aangevuld met wekelijks vier keer dagbesteding kan deze man nog een tijd thuis blijven. Er zijn nu zo’n 18.000 mensen met beginnende dementie in Amsterdam. Daarvoor is dit systeem in eerste instantie bedoeld. Maar ook voor andere groepen met fysieke beperkingen zoals rolstoelgebruikers, mensen met COPD, kan het heel goed werken.”

Opschalen lukt niet op korte termijn

Voor Maat is de pilot succesvol en zou een opschaling van thuiszorgtechnologie voor de hand liggen. Toch lijkt dat niet op korte termijn te lukken. “We hebben er last van dat deze technologie de eerste innovatie fase niet door komt. Wij zijn een zorgaanbieder en geen software leverancier. Voor deze technologie is naast de apparatuur, software beheer en onderhoud nodig, een veilige en snelle 4 G verbinding, dataverwerking. Daar wil ik niet verantwoordelijk voor zijn als zorgaanbieder. Ik heb er last van dat deze markt nog niet volwassen is. Leveranciers gaan failliet of worden overgenomen door grote, internationale bedrijven. Een vast, stabiel partnerschap is van belang. We worstelen ook met de prijs van technologie, er mist in feite een goed verdienmodel. Wij zijn een zorgaanbieder, dus hoe ver ga je met de financiering van technologie? Nu kost het systeem ongeveer 100 euro per maand. Een deel van de mensen kan dit betalen, maar een groot deel ook niet. De verzekeraars stellen dat zij dit niet mogen betalen, maar wie dan wel?”

“We bieden met het virtuele verzorgingshuis geen oplossing voor eenzaamheid door het groeiend aantal alleenstaanden of een oplossing voor de ongeschikte woningvoorraad in Amsterdam waardoor sommige ouderen niet meer buiten komen. Daarom denken we ook na over nieuwe buurt- en wijkgerichte concepten. De helft van onze locaties bouwen we komende jaren om naar toegankelijke en betaalbare woningen. Bij elke locatie bouwen we ook een buurthuis met wijkfunctie. Voor onze locatie de Werf, een oud tuindorp in Amsterdam-Noord, zijn er plannen om nieuwe woningen te bouwen voor mensen die zorg nodig hebben en voor een doelgroep die in Amsterdam werkt als verpleegkundige of leraar bijvoorbeeld, maar voor wie de woningmarkt ontoegankelijk is.”

Het VerzorgingsThuis

In een pilot voor 20 mensen met beginnende dementie biedt zorgaanbieder Cordaan in Amsterdam een virtueel verzorgingshuis. In het huis van de deelnemende senior meten sensoren op onder meer voordeur, stoel, koelkast, wc, het normale leefpatroon. Bij afwijkingen van dit leefpatroon geeft de ontvanger een signaal af aan de verpleegkundige of aan de familie. Die kunnen dan bepalen of het nodig is om langs te gaan of contact op te nemen.

Voor meer info: website Cordaan

Wonen tussen thuis en tehuis

Dit interview is een voorpublicatie uit 'Wat komt er na het verzorgingshuis, een kwalitatieve verkenning naar vernieuwende woonzorgarrangementen'. Deze uitgave verschijnt na de zomervakantie.

Hou hiervoor onze website in de gaten of abonneer u op onze nieuwsbrief. U ontvangt dan het nieuws van Platform31 elke 2 weken in één nieuwsbrief, aangevuld met nieuwe publicaties, informatie over bijeenkomsten, interviews en blogs: www.platform31.nl/abonneren