Regie voeren is mogelijk, ook zonder macht

Interview met Hans Licht, over samenwerkingen met meerdere partijen

“Bij thuiswonende zorgdoelgroepen is geen enkele partij integraal verantwoordelijk voor een cliënt. Dat maakt samenwerken onvermijdelijk. Wanneer je dan een samenwerkingsorganisatie probeert in te richten op hiërarchie en formele bevoegdheden, op contract of regelgeving, dan zie je dat partijen zich terugtrekken of gaan onderhandelen. Je bent aan de verkeerde kant van samenwerken beland. De kunst bij het oplossen van complexe maatschappelijke vraagstukken is dat partijen zich aan elkaar binden op grond van verantwoordelijkheid. Mensen en organisaties moeten een moeilijke situatie willen oplossen.”

Organisatieadviseur Hans Licht is stellig in zijn antwoorden. Ruim twintig jaar studies naar regievoeren en praktijkervaring met proces- en netwerkregie in diverse overheidsorganisaties, gaven inspiratie voor diverse publicaties over ‘regie voeren zonder macht’. Een nieuwe kijk op samenwerken die aan de orde komt op de derde dag van de leerkring ‘Meerpartijensamenwerking Wonen en Zorg’.

Typisch van deze tijd

“Samenwerken is typisch een modern fenomeen. Kon je 20 jaar geleden nog in je eentje draaien, nu is geen enkele organisatie in staat om zelfstandig en geïsoleerd te functioneren. In Nederland zijn we ons al enige tijd bewust dat grote maatschappelijke vraagstukken niet alleen een inspanning vraagt van de overheid maar ook van de samenleving met burgers, maatschappelijke partners en bedrijven.”

Overheidsmanagement is in deze tijd sterk veranderd. “We komen uit een periode van new public management waarbij de gedachte was de overheid als een bedrijf te runnen, met een heilig geloof in planning en control. Voor eigen prestaties is zo’n planning en control cyclus oké, maar de rol van de overheid bij maatschappelijke vraagstukken is een andere. Je bent echt niet meer in staat om als opdrachtgever met een budget aan tafel alles op te lossen. Die tijd is voorbij, je zult aan tafel met elkaar eruit moeten komen. Wanneer zorgaanbieders in zwaar weer zitten, houden contracten bijvoorbeeld geen stand. Je hebt andere partijen nodig en er moeten vaak private inspanningen geleverd worden om een maatschappelijke opgave te tackelen. Het lastige hierin is echter dat de overheid nog niet is ingericht als samenwerkingspartner.”

Uitdaging voor wonen en zorg

In het bijzonder op het snijvlak van wonen en zorg zijn deze ontwikkelingen van invloed. “Vaak heeft niemand de integrale vraag in beeld, zoals bij een verwarde persoon. Organisaties voelen zich vooral verantwoordelijk voor de eigen taak, die waar je op afgerekend wordt. Door dit gedrag trekken organisaties zich als het ware terug van de gemeenschappelijke opgave. Dan gaat het dus eigenlijk niet over de cliënt en ben je alleen bezig met je contractverplichting.
De belangrijkste opgave is om mensen te committeren aan de gemeenschappelijke opgave. “Als samenwerkingsregisseur moet jij er voor zorgen dat de ander zich verantwoordelijk gaat voelen voor de verandering. Jij bent hierin gellijkwaardig en dienend en hebt de taak om de gemeenschappelijke opgave goed te formuleren. Als programmamanager of netwerkregisseur praat je dus nooit over ‘mijn programma’.”

Regie zonder macht

In overheidsinstanties en bij samenwerkingen met meerdere partijen blijkt het krijgen van committent veel hoofdbrekens te geven. Menig programmamanager kan verlangen naar doorzettingsmacht. Wat doe je als je geen stap verder komt met een moeilijke casus?
“In de praktijk is ‘nee’ vaak sterker dan ‘ja’. Je moet de nee-knikker dus committeren aan het doel, maar wel respecteren in de bevoegdheid. Ga dus vooral niet roepen dat het jouw verantwoordelijkheid is of dat de ander iets moet doen. Het is belangrijk dat je de macht van anderen erkent en daar mee om kan gaan. Je gaat het gesprek gelijkwaardig aan met elkaar vanuit de constatering dat zo’n casus maatschappelijk niet acceptabel is en je spreekt ieder persoonlijk aan wat hij of zij kan doen om dit op te lossen. Het gesprek moet gaan over wat iedereen kan brengen.”

Wat kan ik doen?

Voor sommige mensen kan samenwerking nog wel eens aanvoelen als energieslurpend. “Samenwerken met mensen werkt het best als je je committeert aan de gezamenlijke opgave. Ga in eerste instantie het gesprek aan met de partijen waarvan je vindt dat ze betrokken zijn bij het vraagstuk en ga dan op zoek naar een gezamenlijke ambitie. Het is essentieel dat je je hierbij ook verdiept in de mogelijkheden en belangen van de ander en van jezelf. Gemeenten, zorgaanbieders, woningcorporaties of andere betrokkenen kunnen niet altijd alles leveren, dus je moet de mensen aan tafel niet willen overvragen. Als regievoerder op de samenwerking moet je alert zijn op de verschillende rolopvattingen in een samenwerking. Je moet de verhoudingen tussen mensen en tussen organisaties begrijpen. Dat is niet met een dag geleerd, maar het is wel belangrijk dit te willen leren. Je moet genoeg in je rugzak hebben aan vaardigheden en kennis over hoe je het spel kan spelen. Het is naast kunde ook nog eens een kunst. Hoe goed ken je jezelf en hoe vergroot je de openheid om perspectieven van mensen te zien? Ben je bereid om na te denken over je eigen perspectief? In de praktijk blijkt dat heel moeilijk te zijn. Bij een goede samenwerking moet je meer doen dan het verdelen van de taart en elkaar, je creëert met elkaar een oplossing en staat samen voor de zaak. Als je dat voor elkaar krijgt dan geeft een samenwerking energie. En dan krijg je ook met elkaar het gevoel, "Wow dat is leuk om met jou te doen”.

Meer informatie

Hans Licht werkt als adviseur bij Organisatieregie en heeft diverse boeken geschreven over regievoering en programmamanagement. Daarnaast is Hans Licht verbonden als docent aan AOG.