Precedentwerking als kans voor energieneutrale en gezonde scholen
Toekomstbestendige, energieneutrale en gezonde basisscholen. Dat is volgens School vol Energie een haalbare kaart voor de vele verouderde basisschoolgebouwen in Nederland. In dit programma is een renovatiestrategie ontwikkeld die wat kosten betreft kan concurreren met nieuwbouw. Met dit concept wordt de school in korte tijd, buiten lestijden, gerenoveerd naar energieneutraal en gezond en zijn prestatie, beheer en onderhoud zeker twintig jaar gegarandeerd. De gemeenten en scholen die het concept uitproberen zijn nog dappere pioniers. Een belangrijk struikelblok voor anderen om hieraan mee te doen, blijkt de vrees voor precedentwerking te zijn. Olivier Lauteslager legt uit waarom een precedent juist een lichtend voorbeeld moet zijn, in plaats van een angstaanjagend risico.
Een School vol Energie-renovatie vraagt van gemeenten en schoolbesturen extra geld en capaciteit, willen ze dit kansrijk ontwikkelen. Iets nieuws doen vergt nu eenmaal een investering. Een investering die ze niet graag doen, uit vrees dat een dergelijke renovatie een precedent schept. Ofwel: dat andere scholen ook een beroep zullen doen op extra middelen en capaciteit, die helemaal niet beschikbaar zijn voor iedereen. Dat druist in tegen het diepgewortelde solidariteitsprincipe in de scholensector. Maar door op de oude manier door te gaan zal er nooit wat veranderen. En dat is niet houdbaar en daarmee ook niet solidair.
Er gaat namelijk heel erg veel veranderen op het gebied van bouwen en energie. Dat is geen hypothese meer, maar een feit. Steeds verder aangescherpte klimaatdoelstellingen, maar ook onderwijsveranderingen, zullen steeds hogere eisen stellen aan de huisvesting. Nu zijn er nog mogelijkheden om invloed uit te oefenen op de manier waarop die hogere eisen worden ingevuld. Later zal je door nieuwe richtlijnen gedwongen worden. Alleen door te experimenteren ontdekken we wat werkt en wat niet, en dus hoe we die verandering het best kunnen vormgeven.
Scholen hebben momenteel eenvoudigweg te weinig middelen om hun gebouwen goed bij de tijd te houden, laat staan aan de normen van de nabije toekomst te laten voldoen. De vergoedingen voor realisatie en instandhouding van scholen zullen omhoog moeten. Het is echter een illusie dat die vergoedingen zo ver zouden kunnen stijgen, dat je het hele probleem en alle toekomstige uitdagingen ermee kunt oplossen. Er is meer nodig: een omslag aan de aanbodzijde! De markt kan tegen een lagere prijs een betere kwaliteit producten en prestaties leveren én garanderen, daar zijn onze deelnemende koploper-marktconsortia het over eens. De prijs kan omlaag als er voldoende volume aan projecten is. Dat volume is er zeker, met de grote hoeveelheid scholen die nu kampen met verouderde en energie slurpende gebouwen. Maar dat volume zo organiseren dat de voordelen ervan voor iedereen voelbaar worden, dat kan geen enkele partij alleen. Die organisatie moet in gezamenlijkheid gebeuren, het liefst onder daadkrachtige regie.
Al is volume noodzakelijk om een wezenlijke verandering teweeg te brengen, leren doe je liever op wat kleinere schaal. Daarom is het zo nuttig en belangrijk dat een paar partijen hebben durven kiezen voor ontwikkeling in ons School vol Energie-programma. In deze praktijkcases proberen alle betrokkenen samen het concept goed uit en identificeren ze de belemmeringen. Zo ontstaat al lerend een sluitende businesscase, een helder geformuleerde vraag en een aanbod waarmee je op grote schaal aan de slag kunt. Dankzij deze projecten is de leercurve al ingezet. Wat mij betreft mogen ze geridderd en geëerd worden voor het precedent dat ze creëren. Maar we zijn er nog niet. Er is nog dringend behoefte aan partijen die ook aan de slag willen met de oplossingen van straks.
Gemeenten, scholen en de markt kunnen dit niet alleen. Energiebesparing, gezonde en stimulerende leeromgevingen voor kinderen zijn maatschappelijke thema’s die niet vanzelf opgelost worden. Zonder maatschappelijke hulp en betere condities – en overheidsverantwoordelijkheid bij uitstek – komt het niet van de grond. In het advies van de commissie Nijpels (VO-Raad, PO-Raad en VNG) zaten al enkele cruciale aanbevelingen: elimineer het investeringsverbod voor scholen en maak renovatie juridisch tot een evenredig alternatief voor sloop/nieuwbouw. Dat is een eerste belangrijke stap.
Maar het is nog niet genoeg. Er is behoefte aan een goed en daadkrachtig uitvoeringsprogramma, waarin innovatieve proposities samen met de markt worden (door)ontwikkeld en uitgeprobeerd om daarna met grote vooruitstrevendheid flink te worden opgeschaald. Daarvoor is regie en mandaat nodig, zodat alle stakeholders, in co-creatie tot optimalisatie kunnen komen.
De Green Deal Scholen en haar betrokken partijen hebben een prachtige aanzet gegeven.
De Bouwagenda probeert iedereen nu naar een nieuwe stip op de horizon te bewegen, en de sectortafel voor het klimaatakkoord zal daar ook een belangrijke invulling aan geven.
U heeft de kans om precedenten te scheppen die de toekomst vormgeven. Dat is pas solidair!