Onduidelijkheid over behoud wijkvoorzieningen door afschaf regeling zorginfrastructuur
Gemeenten ontvangen sinds begin 2018 jaarlijks 27,8 miljoen in het gemeentefonds voor het ondersteunen van investeringen in een wijkvoorziening of ict om het langer thuis wonen van kwetsbare mensen te ondersteunen. Dit budget is afkomstig uit de landelijke regeling zorginfrastructuur, die vorig jaar is afgeschaft. Gemeenten krijgen beleidsvrijheid voor de inzet van deze middelen binnen de Wmo. Deze mogen zij inzetten voor het ondersteunen van een bestaand project of als subsidie voor de ontwikkeling van een nieuw project.
Verplaatsen budget
Het budget is geen extra financiering, maar betreft een overheveling van Rijk naar gemeenten. Vanwege de decentralisatie is de landelijke regeling zorginfrastructuur per 2018 gestopt en heeft het Rijk een kwart van het landelijke budget bij de gemeenten belegd. Daarnaast ontwikkelt het ministerie van VWS met stakeholders als zorgaanbieders, zorgverzekeraars, cliëntorganisaties, zorgkantoor, koepels en gemeenten een brede, nieuwe innovatieregeling waar jaarlijks circa 60 miljoen euro mee gemoeid zal zijn. De precieze invulling van de innovatieregeling wordt dit jaar ingevuld. De ambitie is om deze vanaf 2019 te laten ingaan.
Kennislacune
Gemeenten zijn alert wat het gevolg zal zijn van het vervallen van de regeling zorginfrastructuur en zijn afwachtend wat de nieuwe innovatieregeling gaat opleveren. Vanuit de G32-werkgroep Wonen en zorg wordt een inventarisatie gemaakt van de nieuwe subsidieaanvragen. Het doel van de oorspronkelijke regeling was om op wijkniveau ondersteuning te bieden om zorgvragers thuis te laten wonen. Het is voor gemeenten de vraag of het deze wijkvoorzieningen is gelukt om zonder de landelijke regeling in stand te blijven. De gemeenten in Twente en Arnhem krijgen inmiddels aanvragen binnen van zorgaanbieders voor de financiering van projecten, die onder de gestopte regeling vielen. Van nieuwe projecten is nog geen sprake.
‘‘Er is te weinig inzicht in de effecten van het stopzetten van de regeling. We willen eerst weten wat de gevolgen zijn voor bestaande of gewenste wijkvoorzieningen, voordat we nieuw beleid hierop ontwikkelen,” aldus Van den Berg, beleidsstrateeg van de gemeente Hengelo. Zorgorganisaties dienden altijd zelf zonder inmenging van de gemeente een aanvraag in voor de regeling zorginfrastructuur bij de Nederlandse Zorg autoriteit (NZa). Zo kregen in 2017 365 initiatieven een bedrag van 104 miljoen euro, ongelijkmatig verdeeld over de regio’s. De gemeenten willen van het NZa weten welke voorzieningen en organisaties subsidie kregen om dit te kunnen vergelijken met de aanvragen die nu bij de gemeente terecht komen. Het NZa geeft aan vanwege privacy van de zorgaanbieders geen informatie hierover te verstrekken. Het ministerie van VWS zegt dat de zorgaanbieders goed geïnformeerd zijn over de afbouw en een overgangsregeling hebben gekregen, en daarmee tijd om de financiering van de voorziening op een andere wijze te borgen.
Verschraling van wijkaanbod
Gemeenten zijn vanuit de Wmo verantwoordelijk voor goede ondersteuning van langer thuis wonen van kwetsbare inwoners. Zij willen bij voorkeur inzetten op collectieve wijkvoorzieningen aangeboden door het voorliggende veld en minder op maatwerk per cliënt, aldus Van den Berg. Als gemeente hebben wij belang bij een toegankelijke voorzieningenaanbod in de buurt. Zo sprak de gemeente Hengelo met een zorgaanbieder die door het verdwijnen van de regeling een ontmoetingsruimte moest opheffen. De gemeente kon snel schakelen met de eigenaar van het naastgelegen pand, waardoor op die plek een ruimte ter beschikking is gekomen. “Wij redeneren wat het betekent voor de cliënt, blijft de voorziening bereikbaar? Soms kunnen we goede matches maken.”
Kansen van innovatieregeling
De gemeente Hengelo benadrukt niet te voeg te willen juichen met de zeggenschap over het jaarlijkse budget van 27,8 miljoen en de nieuwe innovatieregeling van 60 miljoen. “Eerst zien wat voor aanvragen er binnen komen, waar problemen ontstaan en wat voor oplossingen we kunnen vinden. Bovendien is het bedrag lager dan het oorspronkelijk budget. Daarna is voor ons pas inzichtelijk of wij eerst het gat moeten dichten of kunnen kiezen voor innovatie en nieuw beleid”, aldus Van Den Berg.
Meer informatie over de regeling
- website VNG – de ledenbrief Regeling zorginfrastructuur
- website ministerie van VWS