Leefbaarheidsmatrix brengt structuur bij gesprek over rol, urgentie en taken
Interview met Miriam van Asseldonk en Tatjana Veenstra, Woonlinie
Woningcorporatie Woonlinie uit de regio Bommelerwaard, Land van Heusden en Altena gebruikte de leefbaarheidsmatrix van Platform31 voor het opstellen van hun leefbaarheidsvisie en -agenda. Hoe werkte dat? Hoe voer je hierover het gesprek intern – en met andere organisaties? En helpt de matrix bij het huisvesten van mensen die verward gedrag kunnen vertonen? Miriam van Asseldonk, adviseur Beleid en Strategie, en Tatjana Veenstra, teamleider Klant, vertellen over hun ervaringen.
“We zien steeds meer kwetsbare bewoners in onze woningen. Bewoners die opnieuw zelfstandig leren wonen of mensen die langer thuis moeten blijven. Daarnaast zochten we al jaren naar een heldere taakomschrijving – ook omdat onze rol na de herziene Woningwet is teruggebracht: wat doen we op het vlak van leefbaarheid? Afgelopen jaren bekeken we het vanuit de beschikbare financiën en welke projecten raakvlakken met leefbaarheid hadden. Maar een duidelijke structuur en visie ontbrak”, vertelt Van Asseldonk. “We wilden dus vastleggen wat wij verstaan onder leefbaarheid, met een heldere rolopvatting en boven- en ondergrens: wat doen we wel en wat niet? Onze toekomstvisie 18+ (pdf, 1,8 MB) was een mooie aanleiding om het thema voor het eerst concreet te maken.”
Eerst stelde Woonlinie helder wat de Woningwet voor hen betekent, wat de toekomstplannen zijn en hoe ze haar klanten wil benaderen. Parallel daaraan is in een aantal sessies specifiek het thema leefbaarheid besproken. “Daarvoor hebben we de vragen uit het rapport Overlast voorkomen in de wijk, waarin ook de leefbaarheidsmatrix staat, gebruikt”, zegt Veenstra. “We hebben mensen zo vanuit de praktijk en vanuit beleid gevraagd wat leefbaarheid voor hen betekent en voor hun werk. Zo hebben we als organisatie samen bepaald welke thema’s voor ons belangrijk zijn. Denk aan een groene woonomgeving, veiligheid, ontmoeting en gemengde wijken.”
Wat kan en wil je doen?
De organisatiebrede sessies brachten volgens Van Asseldonk en Veenstra enorm veel input. “We zagen vaak dezelfde thema’s, maar ook verschillen in werkgebieden”, vertelt Veenstra. “Woonlinie is actief in Zaltbommel, waar je kleinstedelijke problematiek hebt, en in de plattelandsgemeente Altena. In Zaltbommel woont een grote groep allochtone mensen bij elkaar. Daar is ons woningbezit heel geconcentreerd, dus daar zie je snel de effecten van passend toewijzen. In Altena is ons bezit verdeeld over zestien kleine dorpjes en daar zie je de effecten veel minder. Daar zit de problematiek eerder achter de voordeur. Ook speelt geloof daar een grote rol. In Zaltbommel staat de leefbaarheid in één wijk onder druk. In Altena gaat het om bepaalde huishoudens of kleine straatjes die achteruitgaan, wat in een klein dorp een enorme impact heeft.”
Naast het prioriteren van thema’s, is ook volop gediscussieerd over welke houding Woonlinie moet aannemen per thema. “Juist doordat we al die thema’s samen hebben benoemd en op de matrix samen invulden hoe we onze rol daarbij zagen, besefte iedereen dat we niet altijd organisator kunnen zijn. Soms is supporter zijn genoeg en zijn onze partners aan zet”, zegt Van Asseldonk. “Bij de persoonsgerichte aanpak moeten we bijvoorbeeld pas op de plaats maken. Dat is het primaire werkterrein van hulpverleners. We hoeven ook niet ontmoetingsruimten in te richten als we die beschikbaar stellen aan allerlei stichtingen.” “Ook hebben we besproken dat je soms kunt afwijken”, zegt Veenstra. “Toen we bijvoorbeeld zagen dat mensen in een huisje zaten zonder verder iets erin, zorgden wij met buurtbewoners dat de woning ingericht werd en dat er sociale contacten werden gelegd. Dat kan prima in een uitzonderingssituatie, al was dat eigenlijk de taak van Vluchtelingenwerk. Over het algemeen geldt: we hebben beperkte budgetten en tijd en kunnen niet alles. Maar we vinden het wel mede onze taak om te zorgen dát er iets gebeurt. Dat mensen niet tussen wal en schip vallen.”
Welke rollen speelt een woningcorporatie bij overlast in de wijk?
- Beheerder: de verhuur, het onderhoud en de nieuwbouw van woningen staan centraal. De woningcorporatie investeert weinig in sociaal beheer, stelt zich terughoudend op en hanteert een minimale aanpak bij woonoverlast.
- Supporter: sociaal beheer is een belangrijke taak van de woningcorporatie. Woonoverlast wordt aangepakt én voorkomen. De woningcorporatie draagt bij aan initiatieven in de wijk, maar initieert geen acties.
- Boodschapper: minimale aanpak bij woonoverlast, wel worden problemen lokaal, regionaal of landelijk geagendeerd.
- Organisator: de woningcorporatie zet zich in voor een inclusieve samenleving. Bij overlast kijkt de corporatie naar de overlastgever, klager, de eigen rol en wat de ketenpartners kunnen doen.
Zie ook publicatie Overlast voorkomen in de wijk.
Gestructureerd in gesprek
Voor een breedgedragen en onderbouwde visie op leefbaarheid en de eigen rol daarbij, is het belangrijk om de verschillende functionarissen te betrekken. “Dat geeft draagvlak en begrip. Als beleidsadviseur kom ik bijvoorbeeld niet vaak in de wijk; de woonconsulent en rayonopzichter wel. Daarom is het uitwisselen van ervaringen heel verhelderend”, zegt Van Asseldonk. “De matrix helpt samen een gestructureerde discussie te voeren”, vult Veenstra aan. “Je gaat niet lukraak in discussie, maar kijkt samen welke houding het best past en hoe belangrijk wij dit thema eigenlijk vinden. Het leuke is dat je gaandeweg op verschillende thema’s een andere rol aanneemt. Ook brachten we in beeld op welke thema’s het beter kan en welke daarbij het belangrijkst zijn.”
Met een ingevulde leefbaarheidsmatrix kom je er niet, benadrukken de adviseur en teamleider. “Je moet het onderwerp breed oppakken en tijd ervoor nemen. Het moet een blijvend gesprek zijn in je organisatie, waarop je telkens terugkomt. Laat leefbaarheid dus terugkomen in verschillende overleggen: waar staan we voor? Daarbij kan de matrix helpen als gesprektool.” Ook denken Van Asseldonk en Veenstra dat de matrix helpt in het gesprek met partners. “Naar aanleiding van de prestatieafspraken willen we bijvoorbeeld met gemeenten een leefbaarheidsagenda afspreken”, zegt Veenstra. “Met de matrix kun je makkelijker afspreken wie welke rol heeft. Wij zien dat als onze ‘gezamenlijke verantwoordelijkheid’, maar de gemeente heeft hier de regierol. Zij zijn verantwoordelijk voor een beter contact binnen de keten. De matrix kan dan goed helpen bij de positionering van de verschillende partijen: wie doet wat? En wat vinden we samen belangrijk?”

Meer informatie
- De leefbaarheidsmatrix is onderdeel van de publicatie Overlast voorkomen in de wijk
- Woonlinie Toekomstplan 18+ (pdf, 1,8 MB)