Instappen in de DSO-trein: 6 vragen en antwoorden uit de G40-leerkring
Verslag van de G40-leerkring, 11 april 2019
De ontwikkeling van het Digitaal Stelsel Omgevingswet is in volle gang: een rijdende trein die koerst op 2021 en onderweg niet meer stopt. En instappen is meer dan inchecken: het vergt inmiddels een aardige aanloop om straks aan de wettelijke eisen te voldoen en het huidige niveau van dienstverlening te behouden. ‘Wat staat ons nu te doen?’ is één van de veelgestelde vragen van veel gemeenten. In de G40-leerkring Omgevingswet van april 2019 hielpen Ko Mies, Marjolein Bryant en Daniël van Dijk van de VNG ze aan antwoorden.
1. Waar staat de ontwikkeling van het DSO-landelijke voorziening?
Er is inmiddels een betaversie van het DSO-LV is beschikbaar voor een gecontroleerde groep professionele gebruikers van gemeenten, provincies, waterschappen en het Rijk. Onder hen wordt feedback opgehaald en inzicht gegeven in hoe de landelijke voorziening eruit gaat zien. Overigens wordt het DSO agile ontwikkeld – gebruikers testen de functionaliteiten op onderdelen al de hele rit. Er loopt nu een bestuurlijk acceptatietraject, dat er juist over gaat of de voorziening in zijn totaliteit werkt in de keten.
Het nieuwe digitale stelsel kan alleen functioneren als gemeenten en andere overheden hun software op de landelijke voorziening aansluiten. Daar kunnen ze mee aan de slag vanaf 1 januari 2020, afhankelijk van eigen ambitie, tempo en planning van de eigen softwareleveranciers. Gemeenten moeten op 1 januari 2021 kunnen werken met het DSO en conform de wet.
Het Digitaal Omgevingsloket
De gebruiker ervaart het DSO straks als één digitaal loket. Dit loket vervangt het Omgevingsloket online, het Activiteitenbesluit Internet Module (AIM) en ruimtelijkeplannen.nl. Het Omgevingsloket biedt voor de gebruiker straks één ingang om:
- na te gaan of er een vergunning nodig is: de vergunningencheck
- om een aanvraag of melding te doen
- om na te gaan welke regels waar gelden: de Viewer Regels op de Kaart
2. Wat wordt er in 2020 opgeleverd en wat volgt in de ‘plan uitbouw’?
Op 1 januari 2020 is het basisniveau van het DSO-LV gereed en voor alle gemeenten beschikbaar. Dat omvat onder meer het Omgevingswetloket (vergunningcheck en aanvragen), de Viewer Regels en kaart, het ontwikkelaars- en beheerportaal, de toepasbare regels op rijksniveau en de verschillende standaarden (STOP-TPOD, STAM en STTR).
Voor de doorontwikkeling van het DSO-LV ná 1 januari 2020, wordt momenteel gewerkt aan een plan uitbouw. De samenwerkingsfunctionaliteit voor vergunningverlening valt onder het basisniveau, maar die voor ruimtelijke plannen daarbuiten en zullen onderdeel uitmaken van de uitbouw. Het ontsluiten van informatieproducten via het DSO zal ook een belangrijke prioriteit zijn in de uitbouw. De G40 is recent om een reactie gevraagd op de voorstellen voor uitbouw.

3. Wat staat gemeenten nu te doen?
Vanaf 2021 is er geen alternatief meer voor het DSO landelijke voorziening. Als gemeente moet je tegen die tijd zijn aangesloten, omdat digitale vergunningaanvragen daar gaan binnenkomen. In technische zin ligt dit bij de leverancier die je als gemeente in de hand neemt, maar de voorbereidingen liggen natuurlijk bij de gemeente. In bovenstaand schema zijn dat de applicaties met oranje achtergrond. Het basisniveau van het DSO-LV staat dus per 2020, maar het oefenen kan nu al beginnen, omdat de STAM en STTR koppelingen met de oefenomgeving al kunnen worden gelegd .
Voor 2021 werken we aan het basisniveau (wettelijk minimum en huidig niveau van dienstverlening), maar het programmateam benadrukt dat dit op lange termijn niet voldoet. Gemeenten streven immers ook naar voortgang met andere onderdelen van de implementatie van de nieuwe wet gedurende te transitiefase.
4. Leveranciers, zijn die nu al betrokken en redden zij het vóór 2021?
Ja, leveranciers van VTH/zaaksystemen en toepasbare regels kunnen op dit moment al aansluiten op oefenomgeving. Gemeenten kunnen hun leveranciers inmiddels vragen om lokale systemen aan te sluiten op het DSO-LV, nu de specificaties voor plansystemen, VTH en zaaksystemen beschikbaar zijn. Ondertussen stimuleert de VNG de leveranciers om deel te nemen aan praktijkproeven en hun software aan te passen aan de hand van deze specificaties.
Het DSO-LV is bewust als open stelsel ontwikkeld. De randvoorwaarden zijn zo gecreëerd dat er meer leveranciers kunnen komen op de markt. Om ervoor te zorgen dat de leveranciers het daadwerkelijk redden vóór 2021, is het gesprek cruciaal, aldus het programmateam. Het VNG vervult een wegwijsfunctie en tipt gemeenten daarnaast om zo snel mogelijk het gesprek met hun leveranciers aan te gaan.
5. Het behouden van het huidige niveau van dienstverlening: wat is daarvoor nodig?
Méér dan het wettelijk minimum, aldus Ko Mies (VNG). Het gezamenlijk bepaalde doel is immers om bij de inwerkingtreding van de Omgevingswet een dienstverlening te bieden die vergelijkbaar is met het huidige niveau. Uiteindelijk is dit wel de eigen verantwoordelijkheid van gemeenten. Werken met toepasbare regels is bijvoorbeeld niet verplicht, maar wel een must om goed aan te sluiten op het DSO-LV en de systematiek van andere overheden. Vanaf 2021 is het alternatief een persoonlijke afhandeling van vragen. Naast technisch voorbereiding, vergt dit dus op z’n minst vertaling van ruimtelijke regelgeving en beleid in toepasbare regels.
6. Hoe ziet het kostenplaatje er uit en hoe landt dat bij individuele gemeenten?
Over de kosten van de ontwikkeling van het DSO is lang geleden, in 2016, een financieel akkoord gesloten. Als bedenker van de stelselwijziging, betaalt het Rijk het DSO-LV. De beheerkosten worden weliswaar voor 70% door de gemeenten betaald, maar de gedachte is dat met het nieuwe stelsel uiteindelijk efficiënter kan worden gewerkt. Wat gemeenten daarmee aan beheerkosten uitsparen, wordt niet afgeroomd. Het feit dat het beheer één jaar eerder is overgegaan naar de gemeente (per 2020) verandert dit kostenplaatje niet. Het Kadaster is eind 2018 aangewezen als tactische beheerorganisatie en krijgen daarvoor vanaf 2020 een vast bedrag.
Een logische vraag vanuit de G40 is hoe de kosten straks over de gemeenten worden verdeeld. Ko Mies (VNG) licht toe dat de kostenspreiding over de tijd inmiddels is bepaald, maar dat aan de verdeelsleutel voor de gemeentekaart nu wordt uitgewerkt. De uiteindelijke kosten zullen worden gekort uit de algemene middelen die uit het gemeentefonds de gemeentekas binnenkomen.
Oefenen met toepasbare regels
Marjolein Bryant (VNG) zette de deelnemers van deze G40-leerkring aan het werk met het maken van toepasbare regels: juridische regels omzetten naar gewonemensentaal. Een stappenplan van gesloten vragen – kortom, een vragenboom – helpt de initiatiefnemer om erachter te komen of er een meld- of vergunningplicht geldt of niet. Bijvoorbeeld of het nodig is om een sloopmelding te doen, op basis van de onderstaande regeling uit het Bouwbesluit). Aan u de opdracht: schets een vragenboom.
Artikel 1.26. Sloopmelding
- Het is verboden om zonder of in afwijking van een sloopmelding te slopen indien daarbij asbest wordt verwijderd of de hoeveelheid sloopafval naar redelijke inschatting meer dan 10 m3 zal bedragen.
- Het eerste lid is niet van toepassing op een voornemen tot slopen dat uitsluitend bestaat uit het in het kader van de uitoefening van een bedrijf geheel of gedeeltelijke verwijderen van asbesthoudende:
a. geklemde vloerplaten onder verwarmingstoestellen;
b. beglazingskit dat is verwerkt in de constructie van kassen;
c. rem- en frictiematerialen;
d. pakkingen uit verbrandingsmotoren, en
e. pakkingen uit procesinstallaties onderscheidenlijk verwarmingstoestellen met een nominaal vermogen van ten hoogste 2.250 kW. - Het eerste lid is niet van toepassing op:
a. het slopen van een seizoensgebonden bouwwerk, en
b. het slopen ingevolge een besluit op grond van artikel 13 van de wet dan wel een besluit tot toepassing van bestuursdwang of oplegging van een last onder dwangsom.
Bekijk hier twee voorbeelden van uitkomsten:


Waar kom ik meer te weten?
- Op de website van het programma Aan de slag met de Omgevingswet
- De VNG-ledenbrief van april 2019 (pdf), met de laatste stand van zaken Omgevingswet:
- Op de DSO-dag incl. kwartaaldemonstraties op 18 juni 2019 in Zeist:
Presentaties
- Workshop Van idee tot afhandeling (Marjolein Bryant, VNG)
- Workshop Gebruiksgemak van de kaart (Daniël van Dijk, VNG)
- Presentatie bij de live-demo van de betaversie Omgevingsloket maart 2019 (Marjolein Bryant, VNG)
- Presentatie met Actualiteiten & aandachtspunten wetgevingstraject (Rick Keim, namens de G40)