De weg naar de Omgevingswet

Verslag van de G40-leerkring, 14 november 2019

Nog maar 13 maanden tot de invoeringsdatum van de Omgevingswet. De tijd begint de dringen en gemeenten moeten keuzes gaan maken en prioriteren over wat zij voor die tijd gedaan willen hebben. Wat zijn de minimale eisen die de Omgevingswet stelt voor 01-01-2021? Welke veranderingen moeten voltooid zijn en welke thema’s kunnen worden uitgesteld tot in de transitiefase? Tijdens de leerkring van de G40-themagroep Omgevingswet op 14 november 2019, besteedden de gemeenten aandacht aan deze vragen.

De VNG heeft een Roadmap ontwikkeld waarin de minimale acties die moeten gebeuren voor 2021 staan beschreven voor gemeenten. De Roadmap is een verbinding en verzameling van alle minimum-lijstjes. Omdat elke ambtelijke organisatie verschillend is, beschrijft het document wel het ‘wat’, maar niet het ‘hoe’. De tijdlijn van de acties zijn niet uniform te bepalen, maar de Roadmap geeft wel tijdsindicaties aan. De Roadmap is gegroepeerd in ‘processen’, ‘juridisch’ en ‘ict-activiteiten’.

De route van de VNG Roadmap

Volgens de G40-gemeenten biedt de Roadmap nuttige handvatten voor de vervolgstappen in het laatste jaar voor de implementatie. De Roadmap is een hulpmiddel bij knelpunten als capaciteitsgebrek en gebrek aan bestuurlijke prioriteit. Tijdens de leerkring deelden de gemeenten ervaringen en tips over wat hen opvalt in de VNG Roadmap. Hieronder een greep uit het brede scala van stappen die gezet moeten worden:

  • Denk als gemeente na over wat welke activiteiten je vergunningplichtig of vergunningvrij wilt maken binnen de gemeente.
  • Zorg ervoor dat iedereen binnen de organisatie op de hoogte is en over de vaardigheden beschikt om te werken met een tijdelijk omgevingsplan. Gemeenten moeten het anders werken onder de Omgevingswet tijdig doorvoeren onder de raadsleden, bestuurders, managers en medewerkers.
  • Gemeenten krijgen de vergunningstaak over rijksmonumenten erbij. Hiervoor moet expertise en kennis binnen de gemeentelijke adviescommissie komen.
  • Er moet een proces worden ingericht voor het verkennen van initiatieven. De Omgevingstafel, waarbij een initiatiefnemer vroegtijdig in gesprek gaat met alle betrokken ambtelijke afdelingen, biedt hiervoor kansen. Hierbij is een professionele gespreksleider aan de tafel essentieel. Zo hebben gemeente Leeuwarden en Enschede het initiatievenkompas ontwikkeld.
  • Communicatie is erg belangrijk, zowel naar de interne organisatie als externe communicatie via bijvoorbeeld de gemeentelijke website zodat de gemeenten geïnteresseerden en belanghebbenden kan voorzien van correcte en begrijpelijke informatie over de Omgevingswet.
  • Filter op welke omgevingsprogramma’s de gemeente moet focussen. Geur, geluid en luchtkwaliteit zijn programma’s waar al aandacht aan besteed moet zijn voor de invoering van de wet.

Deventer verbindt acties en personen

De gemeente Deventer was al eerder begonnen met het concretiseren
van alle bestaande lijstjes met minimale acties. Op basis van de vier verbeterdoelen van de Omgevingswet is de gemeente te werk gegaan. Per pijler zijn de acties uiteengezet. Bovendien werd direct een inschatting voor tijd en capaciteit gemaakt. Dit is vervolgens uitgeschreven in subacties op basis van vragen zoals: welk resultaat moet het leveren en wie is de trekker? Door middel van een verbindingsoefening op grote brownpapers zijn acties aan de verschillende pijlers verbonden, waardoor de samenhang met acties uit andere pijlers duidelijk werd. Hierbij werd ook het tijdaspect inzichtelijk gemaakt. Gevolg was dat sommige acties naar voren moesten worden gehaald ten behoeve van acties uit andere pijlers.

Voor de implementatieopgave heeft de gemeente een transitiemanager benoemd. Naast het kernteam voor de implementatie, is er ook een organiek team. Dit team bestaat uit enkele team- en programmamanagers uit de meest betrokken team, waarbij zij het hele MT vertegenwoordigen. Dit organieke team heeft zijn eigen verantwoordelijkheden bij de implementatie van de Omgevingswet, waaronder capaciteit vrij maken, opleiding en acties in ‘de lijn’ vertalen. Op deze manier bereidt de gemeente Deventer zich op een integrale manier voor op 1 januari 2021.

deventer-omgevingswet
De organisatie van gemeente Deventer voor de implementatie van de Omgevingswet

Minimale bestuurlijke veranderingen

Niet alleen voor de ambtelijke organisatie, maar ook voor het bestuur staan grote veranderingen aan te komen. De bevoegdheden van de raad en het college zullen veranderen. Sarah Ros heeft met de G40 gesprekken gevoerd met bestuurders (BenW) over de bestuurlijke afwegingsruimte van de Omgevingswet. Dit gesprek is in opdracht van de VNG ook met raadsleden gevoerd. Angst, uitstel-neiging, besluitvrees, of het niet op de hoogte zijn van eigen pilots en het ontbreken van draagvlak zijn signalen die frequent worden opgevangen. De oorzaken hiervan liggen vaak bij kennisleemte, capaciteitsgebrek en onvoldoende aandacht voor de geleerde lessen, met name de blunders, van pilots. Het bestuur ziet door de bomen het bos niet meer. De ambtelijke organisatie kan meer bewustzijn creëren bij hun bestuur door het over de minimale eisen van de Omgevingswet te hebben. Dit maakt de opgave meer behapbaar. Dit kan door goed te informeren over de te nemen beslissingen en met name de consequenties van die beslissingen duidelijk uiteen te zetten. Gemeenten kunnen daarbij een onderscheid maken in acties die uitgevoerd moeten worden voor 2021, en acties waarvoor de transitiefase tijd geeft.

bevoegdheden-bestuur
Bevoegdheden van het bestuur

De roadmap blijft in ontwikkeling. Maandelijks wordt het document geactualiseerd. Wanneer u opmerkingen of toevoegingen heeft, kunt contact opnemen met de VNG.

Presentatie