Recepten tegen eenzaamheid en voor inclusie

In 2016 gaf 43 procent van de volwassen bevolking aan eenzaam te zijn; 10 procent voelde zich ernstig of zeer ernstig eenzaam. Het zijn hoge percentages die het nut en de noodzaak onderstrepen van initiatieven als het Actieprogramma ‘Eén Tegen Eenzaamheid’, de Week tegen eenzaamheid en verschillende gemeentelijke aanpakken.

Veel aandacht gaat daarbij uit naar ouderen, getalsmatig de grootste groep. Verhoudingsgewijs komt eenzaamheid echter het meeste voor onder mensen met een (ernstige) psychiatrische aandoening. Onder deze doelgroep voelt 81 procent zich eenzaam, 40 procent zelfs zeer eenzaam. Door hun psychische kwetsbaarheid zijn deze mensen in de loop van de tijd contact met familie en vrienden verloren en beperkt hun netwerk zich soms tot 1-3 personen waaronder de hulpverlener.

Voor een deel van deze doelgroep is de kans op eenzaamheid toegenomen als gevolg van de verhoogde uitstroom uit het Beschermd Wonen. Bij het zelfstandig wonen in de wijk ligt er meer verantwoordelijkheid bij de doelgroep zelf om de deur uit te gaan en contacten te maken en behouden. Ook krijgen zij in toenemende mate dagbesteding aangeboden samen met andere doelgroepen. Dit heeft tot gevolg gehad dat een deel van deze groep mensen thuis kwam te zitten.

Het alternatief dat zij nu hebben, is afhankelijk van hoe de situatie lokaal is georganiseerd. Op verschillende plaatsen, vooral in de centrumgemeenten beschermd wonen en opvang, zijn herstelacademies en zelfregiecentra tot stand gekomen. Ervaringsdeskundigen helpen lotgenoten in hun herstel. Buurt- en wijkcirkels worden opgericht om kwetsbare mensen met elkaar te verbinden, voor sociale doeleinden maar ook voor wederzijdse ondersteuning. Ook stimuleren gemeenten mensen met een (ernstige) psychiatrische aandoening gebruik te maken van buurthuizen waar alle wijkbewoners welkom zijn. Campagnes worden gehouden om stigma, en als gevolg daarvan ook zelfstigma, tegen te gaan.

Een hele mix aan interventies die gezamenlijk of los van elkaar bij kunnen dragen aan het tegengaan van gevoelens van eenzaamheid. Mensen krijgen weer betekenisvolle contacten en het gevoel ‘ertoe te doen’. Maar dit gaat niet vanzelf. Effectieve interventies op het niveau van individuen zijn bekend, maar wat werkt op het niveau van wijken en buurten? Wat is op wijkniveau minimaal nodig en hoe grijpen de verschillende aanpakken en interventies op elkaar in? De komende jaren zal uitwijzen wat recepten zijn voor inclusieve wijken. Wat is uw bijdrage daarin?