Gezinnen met een laag middeninkomen: laten we ze dobberen tussen wal en schip?
Je kent vast het gevoel. Je weet dat er verandering gaat komen en je wacht in spanning af. Wat voor moois zal er in het verschiet zitten? Je gaat uit van het beste: verandering in de inkomensgrenzen, zodat ook jouw gezin bij een corporatie terecht kan voor een woning. Dan komt het nieuws: de inkomensgrenzen veranderen inderdaad, maar jullie vallen buiten de boot. Een groot deel van de groep gaat er op vooruit, maar jouw gezin – als één van de weinige – niet. Nu maar hopen dat je in aanmerking komt voor de vrije ruimte die corporaties hebben om andere inkomensgroepen te huisvesten.
Bovenstaande is geschreven vanuit het perspectief van een deel van de huishoudens met een laag middeninkomen. Op dit moment ligt er een wetsvoorstel huur en inkomensgrenzen met twee verschillende inkomensgrenzen. De inkomensgrens voor meerpersoonshuishoudens verruimt, die voor eenpersoonshuishoudens versmalt. Het definitief ophogen van de inkomensgrens voor gezinnen is in lijn met de aanbeveling uit het Platform31-onderzoek Ruimte voor lage middeninkomens, het verlagen van de norm voor eenpersoonshuishoudens is dat niet.
(Grote) gezinnen: een deel blijft het moeilijk houden
Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat de inkomensgrens voor meerpersoonshuishoudens omhoog gaat naar 42.000 euro. Met deze wijziging valt het huisvesten van deze groep gezinnen nu ook onder de ‘kerntaak’ van woningcorporaties. Maar uit het onderzoek van Platform31 blijkt dat kleine gezinnen pas vanaf een inkomen van bijna 45.400 euro een woning boven de liberalisatiegrens (720,42 euro in 2019) kunnen betalen en dat grote gezinnen dat pas bij een jaarinkomen van 56.000 euro kunnen. Deze huishoudens vallen na de wetswijziging dus nog steeds buiten de kerntaak van de corporaties.
Inkomensgrens eenpersoonshuishoudens omlaag
De inkomensgrens voor eenpersoonshuishoudens wordt verlaagd naar 35.000 euro. Op basis van hun inkomen zouden eenpersoonshuishoudens theoretisch een hogere huur dan de liberalisatiegrens van 720 euro kunnen betalen, maar het is onduidelijk wat hun slaagkansen zijn voor een koopwoning of markthuurwoning. Voor beide opties voldoen ze vaak niet aan de inkomenseisen. Zo stellen particuliere verhuurders vaak vier keer de huurprijs als eis voor het inkomen.
Lang niet iedereen geholpen met wetsvoorstel
Kortom: met de wijzigingen van het wetsvoorstel gaat een deel van de gezinnen met een laag middeninkomen tot de sociale doelgroep behoren en dat is goed nieuws. Maar het wetsvoorstel helpt echter lang niet alle gezinnen die nu tussen wal en schip vallen. Daarnaast zorgt het wetsvoorstel er mogelijk voor dat straks ook meer éénpersoonshuishoudens het moeilijk krijgen. Woningcorporaties hebben de mogelijkheid om die huishoudens te helpen en een deel van hen wil dat ook doen: maar niet ten koste van de sociale doelgroep. Het gevaar ontstaat dat woningcorporaties hun inzet voor die huishoudens laten verslappen: de inkomensgrenzen zijn toch bijgesteld? De juiste huishoudens horen nu toch bij de sociale doelgroep?
Corporaties, laat ze niet dobberen
Ons advies aan corporaties: blijf ervoor kiezen om deze groep woningzoekenden te huisvesten en maatwerk te leveren, ook na de wetswijziging. Op die manier blijven deze huishoudens niet tussen wal en schip dobberen. Communiceer vooral ook over de oplossingen die je biedt: ook als de regeling of het maatwerk maar voor een selecte en/of kleine groep geldt! Op zoek naar inspiratie over hoe je deze woningzoekenden kan benaderen? Lees het Inspiratieboek Woningtoewijzing.
Meer over corporaties en middeninkomens?
In het Inspiratieboek Woningtoewijzing bundelde Platform31 voorbeelden van hoe woningcorporaties de woningzoekenden met onder andere een laag middeninkomen weten te bereiken.